Lysette van Geel

In gesprek met schrijver Lysette van Geel over “Mijn moeder is een dekbed”

Leesplezier met impact: Mijn moeder is een dekbed

Door: Rochelle Heerema

We zijn heel blij dat het boek “Mijn moeder is een dekbed” is opgenomen in onze Leskist KANSRIJK – Doorbreek de cirkel van armoede. En natuurlijk is het leuk om dan de schrijfster van het boek wat vragen te stellen over het boek. Misschien kennen jullie Lysette van Geel van haar werk als verslaggever bij het Jeugdjournaal. Dat is ook een interessant onderwerp voor een interview, maar wij zijn vooral heel nieuwsgierig naar haar boek.

Het ontstaan van het boek

Het idee voor het boek ontstond jaren geleden toen Lysette een meisje interviewde voor het Jeugdjournaal. Dit meisje, dat opgroeide met weinig geld, vertelde dat als ze veel geld zou hebben, ze het liefst kaas op haar boterham wilde eten. Dit simpele, maar krachtige antwoord raakte Lysette diep. “Ik realiseerde me hoe iets dat voor mij heel gewoon is, voor iemand anders een grote luxe kan zijn,” vertelt Lysette. Die opmerking bleef altijd in haar hoofd hangen en werd de inspiratie voor het boek. “Ik vond dat er een boek moest komen over opgroeien in armoede, zodat kinderen die daarmee te maken hebben, zien dat ze niet alleen zijn en anderen die het niet meemaken erover kunnen lezen en zich misschien beter kunnen verplaatsen in die situatie.”

Om ervoor te zorgen dat het verhaal van Adam zo authentiek mogelijk zou aanvoelen, sprak Lysette met Isabel, een jongvolwassene die zelf in armoede is opgegroeid. Isabel deelde voorbeelden uit haar eigen leven, die Lysette vervolgens verwerkte in het boek. “Ze vertelde hoe het voelde om dat soort dingen als kind mee te maken,” legt Lysette uit. Het was belangrijk voor haar dat iemand die zelf als kind met weinig geld is opgegroeid, zichzelf kon herkennen in het boek. Ze vond Isabel een grote bron van inspiratie: “Ze is echt een voorbeeld voor veel kinderen, denk ik.”

Naast haar gesprekken met Isabel deed Lysette uitgebreid onderzoek naar het onderwerp armoede. Ze las rapporten van stichtingen en interviews met kinderen die opgroeien in armoede. Uit deze bronnen bleek bijvoorbeeld dat kinderen vaak de stress van hun ouders voelen, zelfs als die proberen hun zorgen te verbergen. “Dat soort dingen heb ik terug laten komen in het boek,” zegt Lysette. “Ik wilde ervoor zorgen dat het verhaal, ondanks dat het fictie is, zo realistisch mogelijk aanvoelt.”

De titel van het boek bleef voor Lysette nog lange tijd onzeker. Uiteindelijk kwam ze op Mijn moeder is een dekbed, omdat de moeder van Adam in het verhaal steeds vaker onder haar dekbed verdwijnt en daardoor niet voor haar kinderen kan zorgen door alle zorgen die ze heeft. “De titel klinkt misschien grappig, maar legt ook iets bloot over de situatie thuis”, aldus Lysette. “Ik hoop dat deze titel de nieuwsgierigheid opwekt!”

Luchtig

Het boek behandelt zware thema’s, maar Lysette heeft bewust gekozen voor een balans tussen ernst en lichtheid. “Ik heb geprobeerd om eerlijk te zijn over de situaties waar kinderen in armoede mee te maken hebben, zonder het te zwaar te maken. Daarom zitten er ook grapjes in,” legt ze uit. De hoofdpersoon, Adam, is een stoere en sterke jongen, iemand met wie Lysette vroeger graag vrienden had willen zijn.

Rol van de leerkracht

De rol van juf Dana, Adams lerares, is van groot belang in het verhaal. Lysette benadrukt hoe cruciaal de rol van leraren kan zijn in het leven van kinderen die in armoede opgroeien. “Leraren zien de kinderen elke dag en kunnen ervoor zorgen dat de school een plek is waar ze even niet aan thuis hoeven denken,” legt ze uit. Leraren kunnen ook het gesprek over armoede op gang brengen in de klas, zodat klasgenoten elkaars situatie beter begrijpen zonder elkaar zielig te vinden.

Een ander belangrijk aspect dat Lysette in haar boek belicht, is het sociale isolement dat vaak gepaard gaat met armoede. Uit haar onderzoek bleek dat veel kinderen hun armoede verborgen proberen te houden voor hun leeftijdsgenoten, omdat ze gewoon een normale jeugd willen hebben. “Als je jezelf verstopt, mis je veel leuke dingen,” merkt Lysette op. “Ieder kind moet zichzelf kunnen laten zien. Er is voor iedereen plek, en door erover te praten, kunnen anderen je misschien ook beter helpen.”

Het boek van Lysette is opgenomen in de Leskist KANSRIJK – Doorbreek de cirkel van armoede, die scholen helpt om het lastige onderwerp armoede op een laagdrempelige manier bespreekbaar te maken. Lysette is blij met deze ontwikkeling en ziet het als een geweldige manier om in de klas over armoede te praten. “De opdrachten in de Leskist zijn leuk om te maken en respectvol, en ze bieden ook mogelijkheden om het gesprek aan te gaan met ouders,” zegt ze.

Een ander perspectief

Lysette hoopt dat haar boek bijdraagt aan meer begrip en empathie in de klas. “Met verhalen kun je in andermans schoenen gaan staan en de wereld door hun ogen laten zien,” legt ze uit. “Dat helpt je om empathie en begrip voor anderen te ontwikkelen.”

De reacties op “Mijn moeder is een dekbed” zijn overweldigend positief geweest. Vooral leraren hebben Lysette veel berichten gestuurd over hoe blij ze zijn met het boek en hoe ze het in hun klas gebruiken om gesprekken te beginnen. “Dat zoveel leraren het hebben opgepikt, is fantastisch,” zegt Lysette.

Voor de toekomst heeft Lysette al plannen voor meer boeken over maatschappelijke thema’s. Ze vindt het belangrijk om aandacht te vragen voor onderwerpen die haar raken en waar ze vindt dat meer aandacht voor moet komen. Haar volgende boek zal gaan over pesten en komt in november 2024 uit. We kunnen niet wachten om dit te lezen en misschien ook te gebruiken in een van onze lessen.

Tot slot heeft Lysette nog een boodschap voor kinderen en jongeren die zich in een soortgelijke situatie als Adam bevinden: “Probeer hulp te vragen aan anderen als dat lukt. Praten kan al veel helpen. Laat jezelf zien, verstop je niet. Je bent precies goed zoals je bent.”

 

Stimuleer leesplezier en empathie: ontvang je themapakket voor de Kinderboekenweek!

Vraag nu ons "themapakket" aan en maak maatschappelijke thema’s bespreekbaar tijdens de Kinderboekenweek!

Van 2 tot en met 13 oktober vieren we de 70ste editie van de Kinderboekenweek met het thema “Lekker Eigenwijs!” – een prachtig thema dat de nadruk legt op eigenheid en zelfontwikkeling bij kinderen. Om deze speciale week nog bijzonderder te maken, biedt de bibliotheek een geweldige kans aan leerkrachten: onze inspirerende thematafelactie!

 Wat houdt de thematafelactie in?

Onze themapakketten zijn speciaal samengesteld om leerkrachten te ondersteunen bij het opzetten van een boeiende en leerzame thematafel in de klas. Elk pakket bevat drie zorgvuldig uitgekozen boeken, uitdagende opdrachten en nuttige tips die niet alleen het leesplezier bevorderen, maar ook belangrijke maatschappelijke thema’s zoals armoede bespreekbaar maken. Door deze thema’s in de klas te bespreken, vergroten we het bewustzijn en de empathie van kinderen en stimuleren we hen om na te denken over de wereld om hen heen.

Waarom kiezen voor een themapakket?

Onze themapakketten zijn ontworpen met het oog op leesbevordering en bewustwording. Ze bevatten boeiende verhalen en activiteiten die kinderen aanmoedigen om hun leesvaardigheden te verbeteren en tegelijkertijd inzicht te krijgen in belangrijke maatschappelijke onderwerpen. Dit is een unieke kans om bij te dragen aan de persoonlijke en sociale ontwikkeling van jouw leerlingen, terwijl je hen inspireert en motiveert.

Pakketten voor elke leeftijdsgroep
Onze themapakketten zijn beschikbaar voor verschillende leeftijdsgroepen: groep 5 & 6, groep 7 & 8, brugklas, en VMBO. In het aanvraagformulier kun je eenvoudig aangeven voor welke groep je een pakket wilt ontvangen, zodat je zeker weet dat de inhoud perfect aansluit bij de behoeften van jouw klas.

Wees er snel bij!
We hebben slechts 80 themapakketten beschikbaar, dus vraag snel jouw pakket aan om teleurstelling te voorkomen! De pakketten worden verstuurd in de laatste week van september, zodat je ruim op tijd bent om de Kinderboekenweek goed voor te bereiden. Mis deze kans niet om een positieve impact te maken tijdens de Kinderboekenweek door belangrijke thema’s zoals armoede bespreekbaar te maken en tegelijkertijd het leesplezier van je leerlingen te vergroten.

Vraag nu je themapakket aan en zorg ervoor dat de Kinderboekenweek 2024 een inspirerende en leerzame tijd wordt voor jou en je leerlingen.

Samen kunnen we het verschil maken!

 

Aanvraagformulier

Doorbreek de Cirkel van Generatiearmoede

Doorbreek de Cirkel van Generatiearmoede

Armoede blijft een hardnekkig probleem in Nederland, dat niet alleen de huidige generatie treft, maar ook vaak wordt doorgegeven aan de volgende generatie. Dit fenomeen, bekend als generatiearmoede, heeft ingrijpende gevolgen voor zowel kinderen als de bredere samenleving. Een van de meest effectieve manieren om deze vicieuze cirkel te doorbreken, is door armoede bespreekbaar te maken met kinderen. Het doorbreken van het taboe rondom armoede en het aanmoedigen van vroege hulpverlening kunnen significant bijdragen aan het verminderen van de negatieve effecten van armoede op lange termijn.

Armoede gaat vaak gepaard met schaamte en stigma, waardoor mensen die in armoede leven zich terugtrekken en hun problemen niet bespreekbaar maken. Dit taboe zorgt ervoor dat veel gezinnen niet de hulp krijgen die ze nodig hebben, wat de situatie kan verergeren. Volgens een rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP, december 2023) schamen mensen zich vaak voor hun financiële situatie, wat hen belemmert om hulp te zoeken. Het doorbreken van dit taboe is cruciaal om ervoor te zorgen dat gezinnen in een vroeg stadium hulp durven vragen.

Het gesprek;

Het bespreekbaar maken van armoede met kinderen kan op verschillende manieren bijdragen aan het doorbreken van generatiearmoede:

  • Door armoede bespreekbaar te maken, kunnen kinderen bewust worden van de realiteit van armoede en leren empathie te ontwikkelen voor anderen die hiermee te maken hebben. Dit kan helpen bij het verminderen van vooroordelen en het bevorderen van een inclusievere samenleving.
  • Educatieve programma’s zoals “Leskist Kansrijk: Doorbreek de Cirkel van Armoede” bieden kinderen de kennis en vaardigheden om met financiële uitdagingen om te gaan. Deze programma’s leren kinderen bijvoorbeeld budgetteren en hoe ze verstandig met geld om kunnen gaan, wat hun kansen vergroot om later financieel onafhankelijk te zijn.
  • Door armoede bespreekbaar te maken in de klas, creëer je een omgeving waarin empathie en begrip voor elkaars situatie kunnen groeien. Dit heeft verschillende voordelen en draagt bij aan een inclusieve en ondersteunende schoolomgeving.
  • Door open over armoede te praten, kunnen kinderen zelfvertrouwen ontwikkelen en een beter toekomstperspectief krijgen. Ze leren dat armoede geen permanente situatie hoeft te zijn en dat er wegen zijn om eruit te komen. Dit kan hen motiveren om hard te werken en gebruik te maken van beschikbare hulpbronnen.

Het belang van vroegtijdige signalering

Onderzoek toont aan dat interventies gericht op het vergroten van financiële geletterdheid en het verminderen van armoede bij kinderen effectief zijn. Een studie van de Universiteit van Amsterdam benadrukt dat kinderen die leren over financiële zaken en armoede beter voorbereid zijn op de uitdagingen van het volwassen leven en minder kans hebben om in armoede te belanden. Daarnaast benadrukt de World Bank Group dat het verminderen van kinderarmoede cruciaal is voor de economische en sociale ontwikkeling van een land.

Het tijdig bieden van hulp is essentieel om te voorkomen dat problemen escaleren. Door het taboe te doorbreken en armoede bespreekbaar te maken, kunnen gezinnen eerder toegang krijgen tot hulpbronnen zoals schuldhulpverlening, sociaal werk en financiële educatie. Dit kan voorkomen dat schulden en financiële problemen verergeren. Een rapport van de Nederlandse Vereniging voor Schuldhulpverlening en Sociaal Bankieren (NVVK) toont aan dat vroege interventie significant bijdraagt aan het succes van hulpverlening.

Het bespreekbaar maken van armoede met kinderen is een cruciale stap in het doorbreken van de cirkel van generatiearmoede. Door het taboe rondom armoede te doorbreken, kunnen we ervoor zorgen dat gezinnen eerder hulp durven vragen en kinderen de vaardigheden en kennis krijgen die ze nodig hebben om een betere toekomst op te bouwen. Initiatieven zoals “Leskist Kansrijk” zijn waardevolle instrumenten in deze strijd, ondersteund door wetenschappelijk onderzoek dat het belang van financiële educatie en vroege hulpverlening bevestigt.

Bronnen

  • NVVK: Vroegsignalering moet beter, en dat kan ook, februari 2024
  • SCP: Armoede en sociale uitsluiting in Nederland, december 23
  • Universiteit van A’dam: Financiële geletterdheid bij kinderen: een longitudinale studie
  • World Bank Group:Poverty and Shared Prosperity Report.

 

Het is mogelijk dat er in jouw directe omgeving meer kinderen zijn die in armoede leven dan je zou verwachten

De stille realiteit: Armoede onder kinderen in jouw buurt

Armoede, een schrijnende realiteit die vaak verborgen blijft achter de schermen van onze samenleving. Terwijl we ons soms bewust zijn van de armoedeproblematiek in grote steden, kunnen we ons gemakkelijk vergissen als het gaat om de omvang ervan in onze eigen omgeving. Het is een confronterende realiteit dat armoede zich niet beperkt tot specifieke gebieden, maar zich verspreidt over elke provincie, elke gemeente, en zelfs tot in onze buurten.

De statistieken spreken boekdelen. Volgens schattingen van het Centraal Planbureau (CPB) stijgt het aantal kinderen dat opgroeit in armoede gestaag. De verwachting is dat dit aantal zal toenemen van 6,1 procent naar 7,1 procent in 2024. Dit betekent dat vanaf 2024 ongeveer 230.000 kinderen onder de armoedegrens zullen leven. Een alarmerende trend die onze aandacht en actie vereist.

Een van de meest verontrustende aspecten van armoede is dat het vaak onzichtbaar is. Mensen in armoede dragen geen label, en hun situatie blijft vaak verborgen achter gesloten deuren. Het is belangrijk om te erkennen dat armoede niet altijd herkenbaar is aan de buitenkant. Het kan zijn dat in jouw directe omgeving meer kinderen zijn die in armoede leven dan je zou vermoeden.

Het onderwijs is een cruciale omgeving waarin deze problematiek zichtbaar wordt. Scholen kunnen een waardevolle rol spelen bij het identificeren en ondersteunen van kinderen die in armoede leven. Maar dit vereist een bewustzijn en betrokkenheid van alle betrokkenen, van leerkrachten en ouders.

Als samenleving moeten we ons bewust worden van de realiteit van armoede en actief stappen ondernemen om deze te bestrijden. Het begint met het erkennen van de mogelijkheid dat armoede zich in onze directe omgeving bevindt, zelfs als we het niet altijd zien. Laten we samenwerken om een inclusieve en ondersteunende omgeving te creëren waarin elk kind de kans krijgt om te gedijen, ongeacht hun achtergrond.

De verborgen realiteit: Hoe scholen beperkt zicht hebben op armoede

De verborgen realiteit: Hoe scholen beperkt zicht hebben op armoede

In onze samenleving is armoede helaas een realiteit voor veel gezinnen. Hoewel scholen vaak worden beschouwd als een cruciale plek waar problemen zoals armoede kunnen worden opgemerkt en aangepakt, is de realiteit dat scholen vaak slechts een beperkt zicht hebben op deze kwestie.

Armoede kan verschillende vormen aannemen, van financiële moeilijkheden tot voedselonzekerheid en huisvestingsproblemen. Deze uitdagingen hebben een diepgaande invloed op het leven van kinderen, hun leerprestaties en hun algehele welzijn. Echter, het vermogen van scholen om armoede te identificeren en er effectief op te reageren, wordt vaak belemmerd door verschillende factoren.

Een van de belangrijkste belemmeringen is het stigma rond armoede. Gezinnen die worstelen met financiële problemen kunnen terughoudend zijn om hun situatie met de school te delen vanwege angst voor oordeel of schaamte. Hierdoor blijven veel gevallen van armoede verborgen voor schooldirecteuren en leraren, waardoor de ondersteuning die deze gezinnen nodig hebben, niet wordt geboden.

Om het zicht van scholen op armoede te verbeteren en effectiever te reageren op de behoeften van kwetsbare gezinnen, zijn er verschillende maatregelen nodig. Dit omvat het creëren van een cultuur van openheid en begrip rond armoede, het verstrekken van adequate training aan schooldirecteuren en leraren over het herkennen van tekenen van armoede, en het versterken van samenwerking tussen scholen en andere welzijnsinstanties.

Alleen door gezamenlijke inspanningen en een gecoördineerde aanpak kunnen we ervoor zorgen dat scholen een beter zicht krijgen op armoede en dat geen enkel kind wordt achtergelaten zonder de nodige ondersteuning en middelen om te gedijen. Armoede mag nooit een belemmering vormen voor de educatieve kansen en het welzijn van onze jeugd.

Binnenkort zullen alle scholen in Leusden en Woudenberg de kans krijgen om het gesprek over het onderwerp armoede in de klas te starten dankzij onze leskist. Deze kist bevat niet alleen informatie voor leerkrachten, maar ook voor ouders.

Jan Willem Aarsen, correspondent voor Woudenberg, schrijft al een reeks artikelen over armoede. In deel 4 gaat hij in gesprek met de scholen.

In gesprek met kinderen om de cirkel van armoede te doorbreken

In gesprek met kinderen om de cirkel van armoede te doorbreken

In Nederland leven zo’n 200.000 kinderen in armoede. Hun verhaal blijft vaak onverteld, weggestopt achter de façade van stilzwijgen en schaamte. Rochelle Heerema, moeder en betrokken burger, weigerde dit verhaal te negeren toen ze op een basisschool kinderen met slechts een koekje als lunch zag. Ze ontwikkelde een manier om met kinderen over armoede te praten.

Armoede vormt niet alleen een financiële barrière, maar ook een emotionele en educatieve hindernis voor kinderen die in een gezin met geldtekort opgroeien. Ze groeien op in een omgeving waar kansen schaars zijn en stress en zorgen overheersen. Hierdoor krijgen ze niet altijd de kans om zich optimaal te ontwikkelen. Het gedrag van ouders kan sterk van invloed zijn op hoe kinderen omgaan met geld en financiën als ze volwassen worden. De gedragspatronen van ouders worden vaak overgenomen door kinderen, waardoor armoede een erfelijk probleem lijkt te zijn. Als de post door ouders ongeopend wordt weggegooid omdat die alleen maar ellende brengt, is de kans groot dat kinderen dit later ook gaan doen. 

Het doorbreken van de vicieuze cirkel van armoede vergt echter meer dan alleen inkomensondersteuning. Het vraagt om een verandering in de manier waarop we over armoede denken en praten. Door deze verandering in de klas te starten, leggen we een fundament voor een toekomst waarin armoede niet langer een onbesproken taboe is, maar een uitdaging die we gezamenlijk aangaan, met begrip, ondersteuning en bovenal, met hoop.

Kinderen zijn ervaringsdeskundigen

Kinderen zijn niet de oorzaak van armoede, maar wel een deel van de oplossing. In zijn boek Kinderen in Armoede, geeft Joris Billen[1] ook aan dat kinderen niet de oorzaak zijn van armoede: ze leven toevallig in een gezin in armoede. De kiem om uit de armoede te geraken is bij hen aanwezig, maar door de ongunstige omgeving verloopt het ontkiemen moeilijk. Ze zijn geen passieve wezens. Ze willen een deel van de oplossing zijn. Daarom is het belangrijk dat we weten hoe kinderen die in armoede leven hierover denken en wat hun ervaringen zijn met de verschillende deelaspecten.

Kinderen hebben vaak heel positieve en creatieve voorstellen.

Kinderen zijn ervaringsdeskundigen. Met hun hierover in gesprek gaan en luisteren naar hun adviezen over de te nemen beslissing, is volgens Billen heel nuttig. Kinderen hebben namelijk vaak heel positieve en creatieve voorstellen. Billen geeft verder aan dat bij voorkeur scholen een rol spelen om met kinderen het gesprek aan te gaan, zonder precies te weten waartoe zo’n gesprek precies zal leiden. In kringgesprekken kunnen ze op zoek gaan naar voorstellen om de armoedesituatie te veranderen.

Gemeentelijk armoedebeleid

Gemeenten zijn lokaal verantwoordelijk voor het armoedebeleid. Zij kunnen helpen als kinderen door geldgebrek van hun ouders niet met leeftijdsgenoten kunnen meedoen. Bijvoorbeeld met zwemles, een schoolreisje of een verjaardag. Zo wordt de kans op sociale uitsluiting kleiner. Gemeenten streven naar een integrale aanpak van armoede waarbij in samenwerking met diverse diensten en (externe) partijen wordt gekeken hoe de situatie van mensen die (dreigen) onder de armoedegrens (te) leven, door een gezamenlijke aanpak verbeterd kan worden. Eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid komen tegenwoordig steeds minder centraal te staan in de gemeentelijke aanpak.

In de praktijk blijkt dat niet iedereen gebruik maakt van de regelingen waar men in principe recht op heeft. Dit komt onder andere door het woud aan regels waarin inwoners, maar ook hulpverleners, regelmatig verdwalen.[2]  Het niet-gebruik van de regelingen wordt daarnaast veroorzaakt door schaamte, schroom, trots en veelal de valse hoop ‘dat familie helpt’.

Tot leren komen

Het thema armoede leeft op scholen omdat leerkrachten zien dat geldzorgen thuis leerlingen ernstig kunnen belemmeren in hun ontwikkeling. Kinderen die opgroeien in armoede hebben in verhouding meer zorgen waardoor ze weinig ruimte in hun hoofd hebben om tot leren te komen. Daarmee is armoede een bron van ongelijke kansen en dit kan er uiteindelijk toe leiden dat leerlingen vroegtijdig de schoolverlaten. Scholen kunnen verschillende rollen hanteren om met armoede om te gaan. Deze kunnen worden geordend in drie categorieën[3]:

1. Signaleren: van belang is dat scholen armoede bij leerlingen en hun ouders signaleren, zodat elke leerling gezien wordt. Dit is vooral een taak van leerkrachten omdat zij de leerlingen en ouders het best kennen en daardoor ook het best een vertrouwensrelatie op kunnen bouwen. 

2. Ondersteunen: scholen kunnen leerlingen en hun ouders ondersteunen op zowel sociaal als financieel gebied. Bijvoorbeeld door ouders te helpen bij het terugvragen van aan school gerelateerde kosten bij fondsen. Deze taak ligt vooral bij de zorgprofessionals en de brugfunctionarissen.

3. Stimuleren: scholen kunnen gezinnen in armoede helpen door bij te dragen aan meer structurele kansen. Leraren besteden bijvoorbeeld aandacht aan financiële educatie of door de veerkracht van leerlingen te vergroten door ze te leren met stresssituaties om te gaan.

Illustratie: Bob van der Meijden

Dialoog in de klas

Het initiatief de ‘Leskist Kansrijk – Doorbreek de cirkel van armoede’ sluit hier goed op aan. De Leskist Kansrijk biedt de mogelijkheid om het gesprek over het lastige onderwerp armoede in de klas op gang te brengen. Het is letterlijk een kist vol boeken, lesmateriaal opdrachten en een dilemmaspel gericht op kinderen van de basisschool, de brugklas en het vmbo. Het lesmateriaal stelt leerlingen in staat om zich in te leven in de personages van de boeken en te ervaren hoe het is om in armoede op te groeien. Via de hoofdpersonages leren de kinderen dat er altijd hoop is, zelfs in moeilijke omstandigheden.

Naast individuele en groepsopdrachten is het lesmateriaal gericht op het voeren van de dialoog in de klas. Door open communicatie en educatie kunnen we een omgeving creëren waarin kinderen zich gesteund voelen, gehoord worden en de kans krijgen om bij te dragen aan een positieve verandering. De dialoog in de klas kan een context van empathie en solidariteit creëren, waarin kinderen elkaars situatie beter begrijpen en steun bieden. Kinderen leren op jonge leeftijd dat armoede iets is wat iedereen kan overkomen en ze leren ook om hulp te zoeken zonder schaamte.

Onderduiken in de wereld van armoede

De Leskist Kansrijk wordt geplaatst bij de bibliotheek en een school kan de leskist lenen voor de periode van zes weken. Aan de hand van de lesinstructie en zeven jeugdboeken (het voorleesboek en zes verschillende boeken) neemt de leerkracht de klas mee langs verschillende vormen en aspecten van armoede. In het project staat het boek ‘Adres onbekend’ van Susin Nielsen centraal. Dit boek wordt voorgelezen door de leerkracht. Tijdens de eerste les introduceert de leerkracht zes andere boeken die een aspect van armoede behandelen.

Kinderen gaan vragen stellen als: ‘Is het normaal dat je niet naar zwemles kan?’

De leerlingen gaan in groepjes werken met een boek (op basis van hun leeservaring en leesniveau) en maken opdrachten uit het bijbehorende werkboekje. Tussendoor zijn er klassikale lessen waarin bijvoorbeeld in een kringgesprek dilemma’s worden besproken over geldtekort. Het dilemma-spel is een leuke manier om leerlingen na te laten denken over moeilijke beslissingen en om hun kritisch denkvermogen te stimuleren. Bijvoorbeeld over wat ze zouden kiezen als hun ouders geen geld hadden voor winterkleding: in een korte broek naar school gaan of de versleten, maar wel warme broek van een oudere broer of zus aantrekken. 

Aan het eind van het project komt alles samen: de werkgroepjes presenteren hun ervaringen, werk en kennis aan de andere leerlingen. Door zelf te ervaren, dieper op armoede in te gaan en via verschillende verwerkingsmogelijkheden en het presenteren aan anderen, maken leerlingen en de leerkracht zich het onderwerp meer eigen dan via een klassikale les over armoede. Hiermee stimuleer je kennis en empathie bij de leerlingen en de leerkrachten.

Ervaringen van een leerkracht

Leerkracht Merel Kelderman van basisschool de Viermaster heeft recent het project met de Leskist Kansrijk afgerond. Via de bibliotheek werd ze geattendeerd op het project. Ze merkt dat de boeken leiden tot openhartige gesprekken in groep acht. ‘We hebben net een boek uit over armoede in Nederland en in het buitenland. Je merkt dat leerlingen hier nu meer kennis over krijgen en dat het helpt om begrip op te wekken voor kinderen die in armoede leven. Ze stellen bijvoorbeeld vragen als “is het normaal dat je dan niet naar zwemles kan?” of “waarom krijgen niet alle kinderen nieuwe kleding?” Die dingen zijn voor sommige kinderen vanzelfsprekend, dus tijdens dit project zijn dat wel eyeopeners.’

In haar klas zit overigens geen leerling die te maken heeft met armoede: ‘Dat komt niet heel veel voor op deze school. Ik kan me voorstellen dat deze methode wel handvatten biedt waardoor je er als docent eerder achter komt of leerlingen thuis te maken hebben met geldproblemen.’ Wat Kelderman verder heeft verrast, is dat de leerlingen vooral met oplossingen proberen te komen: ‘Ze moesten aan het eind van het boek een presentatie maken over armoede in Nederland en het buitenland. Toen had iemand als oplossing dat als de rijkste twintig mensen van de wereld tien procent van hun vermogen af zouden staan, de armoede in de wereld opgelost zou kunnen worden. Ik vond het mooi om te zien dat ze echt met ideeën kwamen.’

Tot slot

De Leskist Kansrijk brengt de verschillende werelden van armoede bij elkaar. In de lesbrief voor de leerkracht staan tips over hoe leerkrachten in de klas met armoede kunnen omgaan. Ook zijn de gemeentelijke armoederegelingen toegevoegd zodat een leerkracht bij oudergesprekken ouders eventueel kan doorverwijzen. Dit sluit aan op de leidraad Omgaan met armoede op scholen. Bij de officiële lancering van de leskist wordt altijd de wethouder uitgenodigd. De wethouder gaat in gesprek met de kinderen en hoort uit eerste hand wat de kinderen belangrijk vinden en welke ideeën ze hebben om met armoede om te gaan. 

Bron: @SociaalBestek

In gesprek met schrijver Marieke Ariëns over “Jubeldag” 

Positive Minds en schrijfster Marieke Ariëns slaan de handen ineen om taboe op armoede te doorbreken

Met meer dan tien jaar ervaring als bewindvoerder heeft Marieke Ariëns kinderen ontmoet die zich in moeilijke omstandigheden bevinden. Haar inzicht en ervaringen uit die tijd waren inspiratie voor het boek Jubeldag.  Dit boek is nu een waardevolle aanvulling op de Leskist Kansrijk van Positive Minds. Tijdens de lancering van de leskist in Hoofddorp op 16 oktober heeft Marieke voor 150 kinderen voorgelezen uit haar boek.

De gedeelde missie van Positive Minds en Marieke is om met elkaar in gesprek te gaan over armoede en schulden. De verhalen en ervaringen die in het boek worden beschreven, zorgen bij kinderen voor bewustwording en een breder begrip van de uitdagingen waarmee kinderen in armoede worden geconfronteerd.

Het aangrijpende verhaal van “Jubeldag” dompelt de lezer onder in het leven van een tienjarig hoofdpersonage. Dit meisje draagt niet alleen de last van armoede, maar wordt ook geconfronteerd met de impact van een depressieve moeder en een schoolomgeving die gebrek aan begrip toont. Ze ontwikkelt een creatieve manier om met haar situatie om te gaan door zich voor te stellen dat ze de kleding van andere kinderen draagt. Haar moedige inspanningen om haar moeder te steunen en nieuw leven in het gezin te brengen, zijn zowel ontroerend als inspirerend.

Het verhaal draait om haar besluit om actie te ondernemen tegen de verstikkende papierwinkel en problemen. Een wereld die we allemaal kennen, maar mensen met geldproblemen des te meer. Samen met haar vriendin Reza, die zich in een vergelijkbare situatie bevindt, besluit ze van 1 januari een “Jubeldag” te maken. Hun plan om kinderen samen te brengen in een demonstratie groeit uit tot een beweging die steeds meer mensen aantrekt. Zelfs de koning en de koningin….

Zowel Marieke als auteur als Positive Minds zetten zich in voor het creëren van bewustwording over de gevolgen van geldproblemen voor zowel bij kinderen als volwassenen. Door hun samenwerking willen ze een nog grotere verandering teweegbrengen die een positieve impact heeft op gezinnen die worstelen met armoede en schulden.

Hoe Ledenraadsleden van de Rabobank mooie initiatieven mogelijk maken

Als stichting zijn we dankbaar voor de betrokkenheid

Stichting Positive Minds en haar Leskist Kansrijk – Doorbreek de cirkel van armoede heeft vanaf haar ontstaan de aandacht en ondersteuning gekregen van Richard van der Geest van Van der Geest Verhuizing en Barbara Kok van Burn Out Poli. Beiden zijn ledenraadsleden van Rabobank Den Haag die samen met nog drie andere leden hun door de Rabobank beschikbaar gestelde maatschappelijke bijdrage aan het initiatief van de Leskist Kansrijk – Doorbreek de cirkel van armoede in 2019 hebben gedoneerd.

Leskist Kansrijk is een programma dat het onderwerp armoede op een laagdrempelige manier bespreekbaar maakt op scholen om zo het taboe rond dit onderwerp te doorbreken. De Leskist Kansrijk – Doorbreek de cirkel van armoede is inmiddels in maar liefst 40 bibliotheken in gemeenten in heel Nederland beschikbaar voor scholen.

Richard van der Geest is een bekend gezicht in de Haagse zakelijke wereld en tevens mede-eigenaar van Van der Geest Verhuizing. Hij is vanaf het allereerste begin nauw betrokken geweest bij de Leskist Kansrijk. Niet alleen heeft hij, vanuit zijn rol als ledenraadslid, het initiatief, maar het bedrijf Van der Geest heeft ook opslagruimte beschikbaar gesteld waar alle leskisten en het lesmateriaal van stichting Positive Minds wordt bewaard. Ook verzorgt zijn bedrijf tegen een maatschappelijk tarief de transporten van de leskisten naar de bibliotheken. Toen we aan Richard vroegen waarom hij dit mogelijk maakt, was zijn antwoord snel en duidelijk: “Onderwijs is de sleutel tot een succesvolle toekomst voor onze kinderen, en het is onze plicht ervoor te zorgen dat elk kind dezelfde kansen krijgt”. “Ik ben er trots op dat ik een rol kan spelen bij Leskist Kansrijk en kan bijdragen aan het stimuleren van gesprekken in de klas over dit belangrijke onderwerp.”

Barbara Kok, medeoprichter van Bur Out Poli en lid van de ledenraad van Rabobank Haaglanden deelt dezelfde visie. “De Rabobank heeft zich altijd ingezet voor de ondersteuning van lokale initiatieven die onze regio versterken,” geeft ze aan.

Burn Out Poli, mijn eigen bedrijf, heeft als missie om mensen te helpen hun volledige potentieel te bereiken, ongeacht hun achtergrond of omstandigheden, en dat sluit perfect aan bij het doel van Leskist Kansrijk. De Leskist Kansrijk is een prachtig voorbeeld van hoe we gezamenlijk kunnen werken aan het verbeteren van het leven van degenen die dit het meest nodig hebben.”

Als stichting zijn we dankbaar voor de betrokkenheid van zowel Richard van der Geest als Barbara Kok bij de Leskist Kansrijk. Hierdoor is in 2019 het initiatief van de grond gekomen en is in de afgelopen jaren gegroeid tot een volwaardige stichting die leskisten maakt voor het basisonderwijs (groep 7&8), de brugklas van de middelbare school (ook Engelstalig) en het MBO-onderwijs.

Het succes van Leskist Kansrijk dient als een mooi voorbeeld van hoe individuen en bedrijven zich kunnen inzetten voor een rechtvaardiger samenleving, waarin alle kinderen de kans krijgen om te leren en te groeien, ongeacht hun achtergrond. Richard van der Geest en Barbara Kok blijven geloven in dit initiatief en blijven ook in de toekomst betrokken bij de stichting, waarmee ze bijdragen aan het doorbreken van het taboe rond armoede.

GeldLab en Positive Minds slaan de handen ineen

Voor financiële educatie en het bespreekbaar maken van armoede in het klaslokaal

Het interactieve GeldLab, gevestigd binnen het Belasting & Douane Museum, en stichting Positive Minds hebben de krachten gebundeld om een cruciale stap te zetten in de bevordering van financiële educatie en het doorbreken van taboes rondom geldzaken en armoede. Met een gezamenlijke visie en vastberadenheid om jongeren te ondersteunen bij het begrijpen en beheren van geld, werken beide organisaties nauw samen.

Het GeldLab, gehuisvest in het Belasting & Douane Museum, biedt jongeren een interactieve omgeving waarin ze op speelse wijze leren omgaan met geld. Het motto “hoe jonger geleerd, hoe beter met geld omgegaan kan worden” benadrukt het belang van vroegtijdige financiële bewustwording. Deze benadering sluit naadloos aan bij de visie van stichting Positive Minds.

Stichting Positive Minds heeft een reeks leskisten ontwikkeld, waardoor scholen op een laagdrempelige en toegankelijke manier het gesprek kunnen aangaan over armoede in het klaslokaal. Met zorgvuldig geselecteerde leesboeken en bijbehorende opdrachten stimuleert de leskist open dialogen over ervaringen met geld. De leskist is beschikbaar via de bibliotheek in Rotterdam en de omringende regio. Zo hebben scholen en leerkrachten eenvoudig toegang tot het educatieve materiaal, dat naadloos in hun lesprogramma’s geïntegreerd kan worden.

De samenwerking tussen Positive Minds en GeldLab creëert een waardevolle kans voor scholen om te profiteren van zowel de uitgebreide lesmaterialen in de leskist als een inspirerend bezoek aan GeldLab. Deze gezamenlijke inspanning richt zich specifiek op jongeren, met een focus op leerlingen in de laatste jaren van het basisonderwijs en de beginjaren van het voortgezet onderwijs.

Samen tegen Moeilijk Lezen en Schrijven

Het Glazen Radiohuis in de Dorpsstraat

Samen tegen Moeilijk Lezen en Schrijven

Deze week is er iets bijzonders te vinden in de Dorpsstraat in Zoetermeer: het Glazen Radiohuis. Dit initiatief is tot stand gekomen door samenwerking tussen stichting Lezen en Schrijven en verschillende maatschappelijke organisaties en staat volledig in het teken van het aanpakken van laaggeletterdheid. Rochelle Heerema, de initiatiefneemster van onze stichting, was vandaag te gast bij het Glazen RadioHuis.

Laaggeletterdheid is een uitdaging waar veel mensen dagelijks mee te maken hebben. Het beïnvloedt niet alleen hun dagelijks leven, maar ook hun kansen op persoonlijke groei en deelname aan de maatschappij. In het Glazen Radiohuis worden organisaties die zich inzetten voor taal geïnterviewd, en zij delen hun ervaringen en inzichten.

Rochelle heeft verteld over hoe stichting Positive Minds door middel van een leskist vol boeken het leesplezier van kinderen wil stimuleren en ook het gesprek met hen wil aangaan over armoede. “Met onze stichting streven we ernaar leesplezier te bevorderen en het taboe over armoede te doorbreken. We geloven namelijk dat lezen niet alleen leuk kan zijn, maar ook een essentiële vaardigheid is om actief deel te nemen aan onze maatschappij. Lezen vergroot niet alleen kennis, maar ook zelfvertrouwen en kansen van kinderen.”